Echtscheiding (op komst) en vakantiegeld? Hoe zit het?
Velen van ons krijgen in de maand mei het vakantiegeld. Vakantiegeld wordt maandelijks door de werkgever gereserveerd en wordt het jaar erna in mei uitgekeerd. Stel, er is een scheiding op komst. Wie heeft dan recht op welk gedeelte van het vakantiegeld?
Dit hangt af van de situatie waar je in zit.
Nog niet gescheiden?
Is er niks geregeld en je bent in gemeenschap van goederen gehuwd? Dan heb je in principe beiden recht op het (maandelijks gereserveerde deel van) het vakantiegeld (en een gelijk deel van het vakantiegeld van de ander).
Zijn er huwelijksvoorwaarden gemaakt, dan zal een en ander afhangen van de inhoud van die huwelijksvoorwaarden.
Procedure voorlopige voorzieningen?
Zijn er in een procedure voorlopige voorzieningen getroffen over alimentatie? Dan zal het vanaf de datum van de beschikking voorlopige voorzieningen opgebouwde vakantiegeld meegenomen zijn in de alimentatieberekening voor het vaststellen van de partneralimentatie. Er ontstaat dan een vordering op een evenredig deel van het vakantiegeld tot en met de datum beschikking voorlopige voorzieningen, die pas het jaar erna in mei zal worden uitgekeerd.
Gescheiden en geen voorlopige voorzieningen?
Dan zal er een vordering ontstaan ter grootte van een evenredig deel van het vakantiegeld dat is opgebouwd tijdens huwelijk tot en met de peildatum. Tenzij een andere peildatum tussen partijen is overeengekomen, geldt als peildatum de datum van het indienen van het verzoekschrift echtscheiding bij de rechtbank.
Het vakantiegeld dat is opgebouwd tot de peildatum en in mei het daaropvolgende jaar wordt uitgekeerd dient evenredig verdeeld te worden tussen de partners.
Onderling overleg
In onderling overleg tussen partijen kunnen er altijd andere afspraken gemaakt worden.
Liedeke Floris