Alimentatie anno 2021 ??

Het alimentatierecht is en blijft in ontwikkeling. Zo is de wet herziening partneralimentatie per 1 januari 2020 in werking getreden. [Lees hier wat er vanaf 1 januari 2020 gewijzigd is.]

Het WODC (Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum) heeft een rapport uitgebracht over de vraag of het alimentatierecht nog wel van deze tijd is. Daaruit blijkt dat alimentatie een onderwerp is waar de meningen op vele punten verdeeld zijn. Dit komt voort uit de tegengestelde belangen die alimentatiebetalers – en ontvangers nu eenmaal hebben. Ook de diverse deskundigen hebben ieder een ander perspectief.

“Het inzicht wint veld dat een scheiding nu eenmaal een wijziging van inkomenspositie met zich brengt en dat het vasthouden aan huwelijksgerelateerde welstand, het netto-gezinsinkomen, niet (meer) het meest voor de hand liggende uitgangspunt bij het bepalen van de behoefte is.”

De grondslag van partneralimentatie is lotsverbondenheid. Er gelden nu tremanormen, opgesteld door de rechterlijke macht. Het rapport concludeert dat meer berekeningsmethoden moeten worden ontwikkeld die op allerlei situaties toepasbaar zijn.  Er is maatwerk van de rechters nodig, maar ook van de deskundigen. Er moet meer aansluiting gezocht worden bij de maatschappelijke opvattingen en ontwikkelingen.

Volgens het rapport geldt: “economische zelfstandigheid van beide ex-partners is de beste remedie om te voorkomen dat alimentatie moet worden betaald. Maar de maatschappelijke ontwikkelingen laten zien dat het een utopie is om te veronderstellen dat een dergelijke zelfstandigheid de komende decennia in de volle breedte bereikt zal worden. Hoewel er in dit opzicht met de opleiding en arbeidsparticipatie van vrouwen wel vooruitgang is geboekt, blijft de economische positie van de vrouw na een echtscheiding nog altijd achter bij die van de man. Dit is voornamelijk te wijten aan de rolverdeling tijdens het huwelijk, het opleidingsniveau en de culturele achtergrond. Het alimentatierecht zal hiermee in ieder geval nog de komende decennia rekening moeten houden”.

 

Economische zelfstandigheid:

In mijn praktijk loop ik hier ook tegen aan. Soms komt het voor dat partijen lang gehuwd zijn en een van beiden niet of weinig gewerkt heeft. Daar waar de ander carrière heeft kunnen maken. Uit de nieuwe wet kan dan volgen dat slechts 5 jaren alimentatie behoeft te worden betaald. Dat kan zeer oneerlijk voelen. Wellicht zal op dit punt in de toekomst een beroep gedaan gaan worden op de hardheidsclausule, hetgeen weer meer rechtszaken tot gevolg gaat hebben. Dit betekent opnieuw onrust voor alle partijen.

 

Jong meerderjarigen (18 jaar of meer):

Het rapport beveelt aan om alimentatie enerzijds te beperken tot de jongmeerderjarigen die een opleiding of studie volgen (bij anderen geldt de behoeftigheidseis), maar anderzijds te verlengen tot de vierentwintigjarige leeftijd, wanneer de jongmeerderjarige geacht kan worden de opleiding of studie te hebben afgerond.

 

Stiefouderalimentatie:

Het rapport pleit voor een heroverweging van de stiefouderalimentatie. Dit komt veelvuldig voor en dan dient rekening gehouden te worden met alle kinderen in het gezin. In de praktijk is dit een ingewikkelde berekening, die soms lastig is uit te leggen. Hoezo heeft het ene kind meer behoefte dan het andere kind?

Voor wie het hele rapport wil lezen: https://lnkd.in/ei-Z4XV

Of de verkorte versie: https://lnkd.in/ebmRaRZ

 

Liedeke Floris

De curator vernietigt onze huwelijkse voorwaarden?

Huwelijkse voorwaarden kunnen ervoor zorgen dat de financiële problemen van de ene echtgenoot niet overslaan op de andere echtgenoot. Maar wat als je huwelijkse voorwaarden wilt aangaan op het moment dat je de financiële problemen voorziet? In dat geval zou je wel eens te laat kunnen zijn en bemoeit een curator zich met jullie huwelijk. Een recente uitspraak van 9 december 2020 laat de gevolgen zien.

 

Stel je voor…

De heer en mevrouw X zijn al geruime tijd op huwelijkse voorwaarden met een gemeenschappelijke inboedel gehuwd. Op 3 mei 2012 leent de heer X bij de bank een bedrag van € 350.000,= voor zijn nieuwe onderneming. Het nieuwe bedrijf van de heer X komt echter niet van de grond en de heer X kan niet aan zijn aflossingsverplichting bij de bank voldoen.

 

De oplossing…?

De heer en mevrouw X beseffen dat de gemeenschap van goederen (inboedel) ervoor zal zorgen dat de schuldeisers van de heer X ook verhaal kunnen nemen op de gezamenlijke spullen. Op 23 mei 2014 laten de heer en mevrouw X hun huwelijkse voorwaarden wijzigen in een koude uitsluiting. In de huwelijkse voorwaarden staat dat alle gezamenlijke spullen in eigendom toebehoren aan mevrouw X. Twee maanden later verkoopt mevrouw X dezelfde spullen aan haar ouders voor een bedrag van € 50.000,=.

 

En toen ging het mis

De financiële problemen van de heer Jansen nemen toe en op 4 april 2017 verklaart de rechtbank de heer X failliet. De curator heeft als taak om een zo hoog mogelijk bedrag aan de schuldeisers van de heer X uit te keren. De curator van de heer X constateert dat de heer X geen eigendommen meer heeft als gevolg van de wijziging van de huwelijkse voorwaarden in 2014. De curator is van mening dat de heer en mevrouw X wisten dat de huwelijkse voorwaarden ervoor zouden zorgen dat de schuldeisers van de heer X geen verhaal meer zouden kunnen nemen. De curator vernietigt de huwelijkse voorwaarden dan ook op grond van de actio pauliana. Dat betekent dat de gezamenlijke spullen dus weer opnieuw de gemeenschap toebehoren. De heer en mevrouw X verweren zich hiertegen.

 

Wat vindt de rechter?

De rechtbank stelt vast dat de heer en mevrouw X niet verplicht waren de huwelijkse voorwaarden te wijzigen. Verder constateert de rechtbank dat de schuldeisers van de heer X zijn benadeeld als gevolg van de wijziging van de huwelijkse voorwaarden. De curator kan de gezamenlijke spullen nu namelijk niet meer verkopen. De heer en mevrouw X hebben dus uit eigen wil besloten om de spullen uit het vermogen van de heer X te halen. De laatste vraag die de rechtbank moet beantwoorden, is of de heer en mevrouw X dit hebben gedaan in de wetenschap dat een faillissement van de heer X zou volgen en de schuldeisers zouden worden benadeeld. De curator wijst op een eerdere verklaring van de heer X, waarin hij heeft gezegd dat hij ten tijde van de wijziging van de huwelijkse voorwaarden “in dermate financiële problemen verkeerden dat zij hun maandelijkse hypotheekverplichtingen niet meer konden voldoen”.

In deze verklaring van de heer X leest de rechtbank de bevestiging dat de heer en mevrouw X het faillissement en het tekort daarin ten tijde van het wijzigen van de huwelijkse voorwaarden konden voorzien.

 

Wat zijn de gevolgen?

De rechtbank volgt het standpunt van de curator en vernietigt de wijziging van de huwelijkse voorwaarden. Dat betekent dat de gezamenlijke spullen ook weer opnieuw van de heer en mevrouw X zijn. Mevrouw X heeft de spullen in de tussentijd verkocht voor een bedrag van € 50.000,=. Aangezien de gezamenlijke spullen niet meer bij mevrouw X zijn, moet mevrouw X aan de curator een schadevergoeding betalen. De curator stelt dat de schade € 50.000,= is, maar mevrouw X zegt dat de werkelijke waarde van de gezamenlijke spullen lager ligt. De rechtbank heeft de lijst met de gezamenlijk spullen bekeken en schat de executiewaarde hiervan op een bedrag van € 10.000,=. Dit is het bedrag dat mevrouw X aan de curator dient te voldoen naast de enkele andere kosten.

 

Tot slot

Het bovenstaande voorbeeld laat zien dat echtgenoten op tijd moeten nadenken over het opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden. Belangrijke ijkpunten zijn de momenten waarop één of beide echtgenoten financiële risico’s gaat nemen. Denk hierbij aan het starten van een onderneming of het aangaan van een lening of borgtocht. Zijn er financiële problemen, dan bestaat de kans dat je te laat bent.

Hebt u vragen over het wijzigen van huwelijkse voorwaarden of voorziet u financiële problemen, neem dan vrijblijvend contact met ons op. Als één van de weinige kantoren beschikt BG.legal over uitgebreide kennis op zowel het insolventierecht als het familierecht. Ons kantoor beschikt namelijk over curatoren in faillissementen en een uitgebreide familierechtsectie, Wij.legal.

 

Mr. L.M. Floris, vFAS advocaat en mediator

Mr. J. Beerens, advocaat en curator

Eindelijk actie bij ouderverstoting: Een specialist contactverlies!!

Jaren geleden stond ik een cliënt van mij bij in een echtscheidingssituatie. De kinderen waren 13 en 14 jaar oud. Zij wilden geen contact meer met vader. De moeder wilde geen enkel gesprek met vader aangaan en zij betrok de kinderen in haar echtscheidingsstrijd. De kinderen kozen daarom de kant van moeder en lieten vader volledig in de kou staan. Er was geen enkel contact mogelijk tussen vader en de kinderen. Ik had de ijdele hoop dat het contact tussen vader en de kinderen nog wel goed zou komen als ze ouder zouden zijn en de impact van de daden van hun moeder zouden begrijpen. Helaas is dat nooit meer goed gekomen, zo bleek mij onlangs nadat ik hem na jaren weer sprak. Voor vader gaf dit veel extra spanningen en stress, maar ook voor de kinderen is de ontstane situatie zeer jammer. Een goede band met beide ouders is noodzakelijk voor de identiteitsontwikkeling van een kind. In casu was dus sprake van ouderverstoting. Daar was destijds bij de instanties weinig begrip voor. Gelukkig lijkt het tij nu gekeerd!

Wat is ouderverstoting:

Een kind dat door druk van de ene ouder zijn eigen vader of moeder niet meer wil zien en het contact verbreekt. Ouderverstoting leidt tot schrijnende gezinssituaties en soms tot blijvende schade, bij zowel het kind als de ouders.

Het gaat vaak over jarenlange spanningen die aan de oppervlakte komen, gepaard met complexe problemen en emoties. Vaak zijn er verschillende instanties, zoals huisarts, jeugdzorg, advocaten en rechter bij betrokken. Toch blijken deze instanties vaak niet in staat om het contactverlies te voorkomen of te herstellen.

Adviesrapport Expertteam ouderverstoting / complexe omgangsproblematiek:

Er is nu een adviesrapport (klik hier) en eindelijk is er aandacht voor deze problematiek. Als reactie geeft minister Dekker (linkje ?) aan er aandacht aan te gaan besteden op de navolgende manier:

  • Preventie (zo snel mogelijk contact tot stand brengen tussen ouder en kind)

Er komt een “specialist contactverlies” die een brug zal vervullen tussen de zorg en het recht specifiek voor deze complexe problematiek. Eventueel kan gezinsbehandeling plaatsvinden.

  • Hulp bij naleving (zorgen dat omgang in stand blijft)

De overheid gaat het gezin een helpende hand toesteken, in eerste instantie door het verlenen van nalevingshulp, met als uiterste mogelijkheid het opleggen van een sanctie als de omgang niet wordt hersteld. Per situatie dient zorgvuldig te worden afgewogen welke (civiele) maatregel effectief en uitvoerbaar is: een financiële sanctie zoals dwangsommen of niet financiële sancties als wijziging van het hoofdverblijf van het kind of wijziging van de omgangsregeling.

  • Kennisoverdracht (alle instanties op de hoogte brengen over de problematiek)

De complexe problematiek van ouderverstoting kan enkel worden opgelost als alle betrokken instanties – departementen, gemeenten, financiers, ziektekostenverzekeraars, hulpverleners, juristen, politie, justitie, wetenschap, beroepsverenigingen en opleidingen – dezelfde probleemdefinitie hanteren en doordrongen zijn van de urgentie.

Lees hier de volledige brief van minister Dekker.

Eindelijk actie dus, zo lijkt het! Voor mijn cliënt en zijn kinderen was het te laat. Ik hoop dat in de toekomst minder vaak ouderverstoting zal plaatsvinden. Het is wreed en niet in het belang van de ontwikkeling van kinderen.

TIP: Probeer het niet zover te laten komen. Je kunt in je echtscheiding altijd voor een mediation of overlegscheiding kiezen. Dit komt jezelf, je ex, maar ook de kinderen ten goede!

 

Liedeke Floris

Soms heeft u toestemming nodig van uw ex-partner om te kunnen verhuizen.

Wist u dat?

U soms toestemming van uw ex-partner nodig heeft om te verhuizen?

In geval er kinderen zijn en een van beide ouders wil gaan verhuizen, zal er toestemming nodig zijn van de andere ouder om te verhuizen. Zeker als er gezamenlijk ouderlijk gezag is over de kinderen (Art 1:253a BW). Dit omdat het van belang is voor de kinderen dat zij in de buurt van de andere ouder blijven wonen. Aan de andere kant heeft een ouder natuurlijk ook recht om te verhuizen. Dit heeft effect op de kinderen en de beide ouders.

Ook als er een uitgebreide zorg- en contactregeling is met de kinderen, zal er veel veranderen. Die regeling moet dan niet in gevaar komen.

Komt u er samen niet uit? Dan is mediation een oplossing. Ook kan het nodig zijn om de rechter vervangende toestemming te vragen. U heeft dan een geschil over de uitvoering van het ouderlijk gezag en dat kunt u altijd voorleggen bij de rechter. Er zal met ieders belangen rekening gehouden moeten worden.

Indien de kinderen niet bij de ouder wonen die verhuist, zal een toestemming minder noodzakelijk zijn. Wel zal dan uiteraard de zorg- en contactregeling goed geregeld moeten worden, omdat die zal gaan wijzigen. Onderling overleg tussen ouders is daarbij ook zeker noodzakelijk. Ook hier kan gekozen worden voor mediation indien de ouders er niet uitkomen hoe de omgangsregeling er uit moet zien indien de niet-verzorgende ouder verhuist.

 

Liedeke Floris